‘Het is nu nog te vroeg echt afscheid te nemen’

Het nieuws dat burgemeester Anneke Raven aan het eind van dit jaar haar ambtsketen aflegt, kwam voor veel mensen als verrassing. In de raad en diverse (sociale) media ligt ze haar weloverwogen keuze openhartig toe. Zoals we dat van haar gewend zijn.

Nijverdal - Dat haar fysieke werkplek het Huis voor Cultuur en Bestuur in Nijverdal is, heeft burgemeester Anneke nooit beperkt in haar belangstelling voor alles wat overal in de gemeente Hellendoorn plaatsvindt. Ze is betrokken bij iedereen en verdient daarom zeker een mooi verhaal in deze krant.

“Laat ik gelijk even iets opmerken,” begint ze het gesprek. “Dit is geen afscheidsinterview, daar is het nog veel te vroeg voor, dat komt over negen maanden wel, in december.”

Hoe werd erop het nieuws gereageerd? Anneke lacht. “Ik heb heel veel reacties gekregen dat mensen het jammer vinden en dat ze het niet verwacht hadden. Dat ze niet gedacht hadden dat ik de pensioengerechtigde leeftijd al bereikt had. Dat is toch wel een leuk compliment. En vrijwel iedereen vraagt waarom ik niet doorga tot mijn zeventigste. Dat mag je namelijk als burgemeester.”

Nieuw college, frisse start

“Als ik straks in december mijn ambtsketen neerleg, ben ik tien jaar burgemeester geweest. Dat is op zich een mooi moment te stoppen. Maar wat voor mij een veel belangrijker overweging is, zijn de gemeenteraadsverkiezingen in 2022. Ik zou nog twee jaar door kunnen gaan, wat betekent dat het nieuwe college zich als een van de eerste taken moet gaan bezighouden met de selectieprocedure voor een nieuwe burgemeester. Dat neem ik ze nu uit handen. Zo kan het nieuwe college samen een frisse start maken.”

Niet te vervelen

De burgemeester hoeft zich de rest van het jaar in ieder geval niet te vervelen. “We zitten natuurlijk nog volop in alle coronaperikelen en moeten ons de komende tijd echt aan de maatregelen blijven houden. En dat vind ik zelf ook vervelend. Alles gaat maar digitaal en via beeldschermen. Ik hoop dat ik in de loop van het jaar weer heerlijk op mijn kamer in het Huis voor Cultuur en Bestuur kan werken, af en toe een praatje maken met wie er dan ook bij het koffieapparaat staat. Een enkele keer kom ik nog op kantoor, maar dat is alleen voor een ‘natte handtekening’, zoals we dat hier noemen. Als ik iets echt fysiek moet ondertekenen. En dan verbaas ik me erover dat alles wel gewoon doorgaat. Dat getuigt toch wel van de veerkracht van veel mensen.”

Even over corona

Nu we ons aan strenge coronamaatregelen moeten houden, zijn veel bedrijfsbezoeken op de lange baan geschoven. Toch blijft Anneke, samen met wethouder Margreet Overmeen-Bakhuis, in contact met de ondernemers.

“Als het echt veilig kan, zijn we wel eens op locatie, maar dat staat op een zeer laag pitje. Heel jammer, want juist de ondernemers die het in deze tijd heel zwaar hebben, steken we graag een hart onder de riem en hoe kan dat beter dan met een bedrijfsbezoek? Margreet en ik bellen nu regelmatig ondernemers, zodat we wel die binding blijven houden. En soms spreken we dan mensen die eigenlijk niet zoveel last hebben van de coronamaatregelen. Of die het nu juist veel beter doen. Dat is dan ook mooi om te horen. Maar mijn zorgen gaan wel vooral uit naar de ondernemers die amper het hoofd boven water kunnen houden. Daarom proberen we alle regelingen van de overheid zo snel en goed mogelijk uit te voeren, zodat die ondernemers het niet onnodig moeilijk krijgen.”

Met pensioen

Hoewel Anneke nog niet wil praten over haar pensioen en de hoogtepunten uit haar carrière als burgemeester van Hellendoorn, zegt ze wel vol overtuiging dat ze niet achter de geraniums verdwijnt.

“Ik weet nog niet wat ik ga doen, daar heb ik nog helemaal niet over nagedacht. Er komt vanzelf iets op mijn pad. We blijven in ieder geval in Nijverdal wonen. We zijn echt verknocht geraakt aan deze streek en er is hier meer dan genoeg te doen. Al vanaf het eerste moment dat we hier kwamen wonen voelden we ons welkom. Er wonen zoveel prettige mensen en mijn man doet veel vrijwilligerswerk, dat laten we niet zomaar achter ons.”