Afbeelding

‘Voedselallergie verleden tijd door immunotherapie’

Algemeen

Door orale immunotherapie bij baby’s vanaf 9 maanden, kan er binnen tien jaar sprake zijn van vrijwel voedselallergievrije generaties. Die stevige belofte doen kinderallergoloog Ted Klok en zijn onderzoeksteam van het Deventer Ziekenhuis. 

Door kinderen al heel vroeg kleine doses van producten te geven waar ze allergisch voor zijn, kunnen ze genezen van een voedselallergie. “In onderzoek hebben we nu een successcore van tegen de 90 procent. Dat is bizar hoog”, zegt Klok.
Nooit meer die traktatie in de klas over hoeven slaan omdat een kind een voedselallergie heeft. Nooit meer in de supermarkt zoeken naar producten zonder pinda, cashewnoten, koemelk of kippenei. Nooit meer een epi-pen mee... Dat glorende perspectief biedt de ORKA-studie waarin het Deventer Ziekenhuis samen optrekt met het Reinier de Graaf Gasthuis in Delft, het Martini Ziekenhuis in Groningen en het Emma kinderziekenhuis in Amsterdam. Het Zorginstituut Nederland en ZonMw beschouwen deze studie als dermate veelbelovend dat het 1,7 miljoen euro vrijmaakt voor vervolgonderzoek.

Een kind wordt niet geboren met een (voedsel)allergie, maar ontwikkelt die vaak in het eerste levensjaar. “Eczeem is de grootste risicofactor voor het ontwikkelen van een voedselallergie”, zegt hoofdonderzoeker van deze studie Ted Klok. “Allergieën ontstaan via de huid.” Het zijn vooral pinda’s, noten, koemelk en kippenei waar kinderen allergisch voor zijn. Klok: “Eigenlijk is nu altijd nog het advies van zorgverleners: deze producten niet meer eten. Maar ons onderzoek laat zien dat als je hele jonge kinderen (baby’s nog) blootstelt aan voedsel waar ze allergisch voor zijn, ze volledig kunnen genezen. Afgelopen jaar hebben 35 kinderen een behandeling afgerond. 32 daarvan kunnen nu alles eten zonder bang te hoeven zijn voor een allergische reactie.” Belangrijkste voorwaarde voor een effectieve behandeling: start zo jong mogelijk. Klok: “We weten dat bij kinderen van vier jaar en ouder de allergie meestal niet meer verdwijnt. In ons onderzoek hebben we kinderen tussen 9 en 24 maanden behandeld, en dat blijkt dus een enorm goede keuze te zijn geweest. Het hoge succespercentage van tegen de 90 % dat we hebben, lijkt alleen bij deze leeftijdsgroep haalbaar te zijn. Honderd procent zal nooit lukken, maar de eerste aanwijzingen zijn er dat toekomstige generaties vrijwel zonder voedselallergie kunnen opgroeien.”

Dankzij de subsidie van het Zorginstituut en ZonMw kan nu een groot onderzoek worden opgestart om definitief bewijs te kunnen leveren dat de behandeling effectief is.