Afbeelding

Column: Kappen met kappen

Algemeen

Een paar weken geleden raasde een storm over het land. De zaterdagmorgen erna lag het bos vol met omgewaaide bomen en afgewaaide takken. Talloze bomen en boompjes hadden het niet overleefd. Toen ik die middag een wandeling maakte over het Stut achter het Ravijn, kon ik het pad op sommige plekken niet weer vinden. Takken en dikke boomstammen over het pad. 

Het gekke is dat je soms niet kan duiden waarom die ene stevige boom met kluit en al om is gelegd, terwijl een armetierige, stakerige boom er naast nog fier overeind staat. ‘Het zijn net mensen, de één gaat in de bloei van zijn leven, en de ander gaat krakend en piepend door het leven en wordt stokoud’, was de verklaring van mijn wandelmaatje op die constatering. De natuur is grillig.

Ik hoorde een paar dagen later van een natuurliefhebber dat niet alleen de storm schuldig was aan al die omgevallen bomen en takken maar dat ook een aantal overijverige werkers in dienst van de gemeente aan het zagen en hakken waren geweest. Tot ongenoegen van de natuurliefhebber, want hij begreep niets van de willekeur waarmee gehakt en gezaagd was. Hij was er zelfs voor naar de gemeente geweest om te vragen waarom en in opdracht van wie dat was gebeurd. Daar scheen niemand te weten hoe het precies zat.

Het kappen van bomen roept veel emoties op. Het lijkt of er instanties zijn die niets liever doen dan kappen. En als het zo te pas komt wordt er ook altijd geschermd met ‘ziektes’ in de bomen. Voor je er erg in hebt, kijk je je raam uit en zie je dat er een monumentale, gezichtsbepalende boom het leven heeft gelaten.

Afgelopen zaterdagmorgen scheen de zon en maakte ik een rondje langs de Regge. De vogels floten, de lente zat in de lucht. Een vredige stilte heerste over het land. En ja hoor, u raadt het al, de vredige stilte werd wreed verstoord door een kettingzaag, er moest gesnoeid worden en hier en daar een boompje omgezaagd worden.
Op mijn afkeurende blik op het lawaai, reageerde een vrolijke vrijwilliger met kaplaarzen: ‘Ja mevrouw we moeten de natuur wel een beetje bijhouden en intomen’. Ik lachte vriendelijk terug maar schudde met mijn hoofd. We mogen de natuur beheren, dat is wat anders dan beheersen. Hou toch eens op met dat kappen van bomen.

weedebee